De huizenmarkt van 2021 is een stuk meer gereguleerd dan tijdens de vorige bubbel die knapte in 2008. Banken zijn minder roekeloos met het verstrekken van hypotheken en er zijn ook fundamentele factoren die huizenprijzen verder omhoog drijven. Er zit meer achter de stijgende huizenprijzen dan een simpel verschil tussen vraag en aanbod.
In tegenstelling tot de crash van 2008 worden huizenprijzen momenteel niet gedreven door een grote hoeveelheid ondergekwalificeerde mensen die van hun roekeloze banken een hypotheek hebben gekregen die ze nooit kunnen terugbetalen. De huizenmarkt van vandaag wordt gedreven door het beleid van overheden en centrale banken die enorme hoeveelheden geld printen, lage belastingen en een lage rente.
Hypotheekaanvragen dalen maar huizenprijzen blijven stijgen
Het aantal hypotheekaanvragen is in de Verenigde Staten voor de tweede week op rij gedaald en is nu 0,9 procent lager ten opzichte van afgelopen week, zo blijkt uit data van de Mortgage Bankers Association (MBA). Het aantal aanvragen is in 8 van de laatste 9 weken gedaald en dit jaar in 13 van de 18 weken die 2021 gehad heeft.
Ondanks het stagnerende aantal hypotheekaanvragen blijven de huizenprijzen naar nieuwe recordhoogten stijgen. Zo is de gemiddelde prijs van reeds gebouwde huizen in de Verenigde Staten naar een recordkoers van 329.100 dollar gestegen. Volgens de laatste rapporten van CoreLogic’s zijn de huizenprijzen in maart in de Verenigde Staten met 11,3 procent gestegen ten opzichte van maart 2020.
Dat is de grootste jaarlijkse sprong in bijna 15 jaar tijd en verder liggen de prijzen momenteel met 2 procent hoger ten opzichte van februari van dit jaar, de maand waarin de prijzen met 10,4 procent hoger lagen dan in het jaar ervoor. In Boise, Idaho gingen de prijzen helemaal door het dak dit jaar, daar betaalde je gemiddeld 27,7 procent meer dan een jaar geleden.
De fundamentele redenen voor de exploderende huizenprijzen
Economen denken bij recordkoersen al snel aan een enorm tekort aan huizen als reden voor de hoge prijzen, maar in de Verenigde Staten zijn ze momenteel stevig aan het doorbouwen. Tijdens het eerste kwartaal van 2021 waren nieuwe huizen goed voor 25,7 procent van de totale huizenverkoop in de Verenigde Staten.
Vorig jaar lag dit getal nog op 20,4 procent, wat betekent dat er meer wordt gebouwd dan ooit. Ondanks het stijgende nieuwe aanbod blijven de huizenprijzen dus stijgen en de reden daarvoor is duidelijk. Alle materialen die nodig zijn om huizen te bouwen worden duurder. Grondstoffen als hout, staal, koper en aluminium worden in hoog tempo duurder.
Nieuwbouwhuizen zijn daardoor gemiddeld 35.000 dollar duurder om te bouwen dan vorig jaar. Met andere woorden, de huizenmarkt lijkt niet per se in een bubbel te zitten, het is voornamelijk de inflatie die toeslaat bij de grondstoffenprijzen. Zolang daar geen verandering in komt kan deze situatie weleens heel lang gaan duren.