De Boston Consulting Group heeft gisteren een onderzoek gepubliceerd waaruit blijkt dat 53 procent van de beleggers verwacht dat aandelen de komende drie jaar blijven stijgen. Meer specifiek gaat het om de S&P 500, de index die het beste de Amerikaanse economie vertegenwoordigt. Waar de Nasdaq vooral de focus heeft op technologie, huisvest de S&P 500 een breder pallet van bedrijven.
Dat beleggers positief zijn blijkt ook wel uit het feit dat negatief nieuws weinig impact heeft op de koers van aandelen. Afgelopen week reageerde de beurs maar matigjes op de dramatische werkloosheidcijfers uit de Verenigde Staten, de cyberaanval op de Colonial Pipeline en de inflatiecijfers die een stuk hoger uitvielen dan verwacht.
Minder optimistisch dan voorheen
Op de korte termijn zijn beleggers momenteel minder optimistisch dan ze voorheen waren. Slechts 47 procent verwacht dat de S&P 500 het goed zal doen in 2022. In juli vorig jaar lag dat percentage namelijk nog op 57 procent. Het dalende vertrouwen van beleggers is volgens Hady Farag, een partner bij de Boston Consultancy Group, het effect van de hoge koersen van dit moment en het economische herstel dat daar in verwerkt zit.
Daarnaast zorgt het economische herstel nu al voor andere verwachtingen bij beleggers wat betreft de strategie van bedrijven. Waar men het tijdens het begin van de pandemie belangrijk vond dat bedrijven voldoende liquide middelen hadden, is dat nu een stuk minder. Slechts 54 procent van de respondenten vindt dit belangrijk, ten opzichte van 79 procent in april 2020.
Investeerders voelen zich nu meer comfortabel met bedrijven die voldoende dividend blijven uitkeren en hun eigen aandelen terugkopen om de aandelenkoersen op te drijven. Daarnaast is de tolerantie voor bedrijven die niet aan de (financiële) verwachtingen voldoen afgenomen.
Nog voldoende ruimte voor aandelen om te stijgen
Persoonlijk ben ik ervan overtuigd dat aandelen nog voldoende ruimte hebben om te stijgen. Dat heeft met name te maken met de toenemende snelheid waarmee de geldhoeveelheid groeit. De wereldwijde schuldenberg is inmiddels opgelopen tot 355 procent van het wereldwijde bbp en uitgaande van een gemiddelde rente van 3 procent moet de economie met meer dan 10 procent groeien om dat bij te houden.
De realiteit is dat overheden met enorme tekorten kampen en de economie nooit op dat tempo zal groeien. Het enige wat centrale banken kunnen doen om de economie overeind te houden is de rente continu verlagen en steeds meer geld lenen om de bestaande gaten te dichten.
Het is mathematisch ondenkbaar dat de schuldenberg ooit afgelost zal worden en het groeitempo zal eerder toe- dan afnemen. Een groot deel van dat geld zijn net als in de voorgaande jaren richting de financiële markten vloeien en daar profiteren beleggers van. Maar laat je niet afleiden door absolute stijgingen van je beleggingen, want om je koopkracht te bewaren moet een belegging harder stijgen dan de geldhoeveelheid.